Adventurous music and things

HEAD to HEAD

FARIDA AMADOU

In slechts een handvol jaren heeft de Belgische basgitariste, improvisator en geluidskunstenares Farida Amadou (1989) zichzelf in de maalstroom van de internationale muziekscene gemengd, waar ze reeds samenwerkte met grote namen als Peter Brötzmann, Thurston Moore, Ken Vandermark, Chris Corsano en Linda Sharrock. Met haar originele benadering van de basgitaar onderscheidt ze zich als een unieke improvisator, die in staat is haar unieke vocabulaire te gebruiken in een grote verscheidenheid aan contexten. Ze is een graag geziene gast op het Summer Bummer Festival en voor de editie van 2024 speelde ze voor het eerst een duoconcert met Heather Leigh. Haar langverwachte nieuwe soloalbum When It Rains It Pours verscheen op 6 september op Week-End records.

Je bent een autodidact op je instrument, maar waar en wanneer speelde je voor het eerst basgitaar?

Dit is een leuke vraag omdat het antwoord best grappig is. Voordat ik basgitaar speelde, speelde ik gitaar, ook autodidact. Ik wist niet wat ik deed (lacht). Dus ongeveer tien jaar geleden, toen ik 25 was, was ik gitarist en speelde ik ook met een klassieke gitarist. We hadden een pop rock band en ik zag een keer een basgitaar toen we aan het repeteren waren in haar appartement. Een vriendin van haar had hem daar achtergelaten omdat ze op vakantie ging en ze bang was om bestolen te worden. Ik vroeg of ik hem mocht proberen en de rest is geschiedenis!

Was je al bekend met geïmproviseerde muziek, freejazz of andere avontuurlijke muziek?

Nee, ik wist niets van freejazz of experimentele muziek. Pas twee of drie jaar nadat ik bas begon te spelen ontmoette ik mensen van L’Oeil Kollectif in Luik. Mijn eerste concertervaring met geïmproviseerde muziek was drummer Tom Malmendier die met andere mensen van L’Oeil Kollectif improviseerde. Het was in een kraakpand en ik begreep niet wat er aan de hand was. Ik weet nog dat ik dacht: “Wat zijn ze toch aan het doen?” (lacht) Na afloop ben ik met ze gaan praten en zo ben ik bij het collectief gekomen, omdat ik heel nieuwsgierig was naar wat ik daar had gezien. Dat is ook het moment waarop ik mijn duo met Tom begon en waarop we naar Sound in Motion-concerten gingen.

Bestaat L’Oeil Kollectif nog steeds?

Ja, maar veel van de muzikanten zijn uitgezwermd over Europa. Er zijn ook nieuwe leden dus het evolueert en ik denk dat er elk jaar wel een handvol evenementen zijn.

Was dat de enige organisatie in Luik die dat soort muziek presenteerde in die tijd?

Jonge mensen geïmproviseerde muziek laten spelen en concerten organiseren, dat was uniek voor de stad. Er waren natuurlijk organisatoren zoals L’An Vert, die van tijd tot tijd concerten organiseerden met soortgelijke muziek, maar L’Oeil Kollectif was de enige die zich nadrukkelijk focuste op improvisatie.

Je concert met Tom Malmendier in De Studio in Antwerpen in 2016 was de eerste keer dat ik je zag spelen. Het duo heette Nystagmus als ik me niet vergis?

Ja, dat klopt. Het is vernoemd naar een oogziekte, waarbij de ogen snel en ongecontroleerd bewegen. We vonden het bij onze muziek passen omdat die super ritmisch en nerveus was. Maar ook omdat ik gek ben op namen van ziektes (lacht). Ik heb logopedie gestudeerd en ik weet best veel van medische zaken.

Maar muziek heb je nooit gestudeerd?

Ik ging naar een jazzacademie, maar niet op universitair niveau. Het was gewoon iets wat ik op zaterdag deed. Dat heb ik twee jaar gedaan. Maar als je in het eerste jaar komt, moet je wachten voordat je instrumentlessen krijgt, dus was ik nog steeds aan het uitzoeken hoe ik moest spelen. Het tweede jaar had ik een leraar en was het natuurlijk makkelijker om ook aan andere lessen deel te nemen omdat ik groepslessen had. Zo heb ik geleerd om standards te spelen en partituren een beetje te begrijpen.

Je bent een van die muzikanten die het complete Sound in Motion-pakket heeft ervaren, wat betekent dat je meerdere malen te zien was in de Oorstof-concertreeks, het Summer Bummer Festival en de Visitations-residentie. En je hebt de M.A.N./B.A.N. dubbel LP uitgebracht op Dropa Disc. Je bent een goed voorbeeld van iets waar de organisatie zich al jaren voor inzet: het ondersteunen van getalenteerde en ambitieuze jonge muzikanten door ze exposure te geven en ze te presenteren in een internationale context. Hoe beoordeel je, gelet op al je internationale ervaringen, het belang van Sound in Motion?

Er bestaat geen twijfel over dat het een superbelangrijke organisatie is en naar mijn mening is Summer Bummer een van de beste festivals voor geïmproviseerde muziek in Europa. Het verdient echt meer zichtbaarheid, want als ik met mensen op tournee praat, hebben ze er niet altijd van gehoord. Het festival is uniek denk ik. Persoonlijk ben ik super blij en vereerd dat ik met Sound in Motion heb mogen werken in al deze verschillende projecten en het is leuk om te zien hoe ze jonge artiesten blijven steunen, zoals Ornella Noulet onlangs. Ze is een geweldige muzikante!

Je hebt de afgelopen jaren een podium gecureerd op La Nature Festival en waarschijnlijk heb je dat eerder in je carrière ook gedaan op L’Oeil Kollectif. Maar dit is natuurlijk op een ander niveau.

Met het collectief was ik ook muzikant in de organisatie en nodigde ik mensen uit om mee te spelen. Ons publiek was al geïnteresseerd in dat soort muziek. La Nature is op veel vlakken anders. Het is vooral een festival voor elektronische muziek waar mensen naartoe gaan om te dansen. Het is zo’n festival dat al uitverkocht is als er nog niet eens een line-up is aangekondigd. Iedereen wil er gewoon bij zijn op deze prachtige plek in de natuur. Voor mij is het een politieke daad om freejazz of experimentele muziek op dat soort festivals te programmeren omdat je mensen wil laten zien dat er iets anders bestaat dan techno en dansmuziek. Het is niet een soort muziek waar mensen naar gewend zijn te luisteren, dus je wordt als curator beoordeeld door het publiek. Het is heel interessant om mensen te laten zien wat er buiten hun eigen grenzen gebeurt. Dat is wat ik daar probeer te doen.

Het is een geweldige opportuniteit om jonge mensen dat soort muziek in die context te laten ervaren. Met de experimentele turntablist Mariam Rezaei bijvoorbeeld, die in deze editie van La Nature te zien was, heb je een artiest die potentieel veel jongeren aanspreekt. Ze slaat een brug tussen experimentele muziek en populaire muziek.

Dat is geweldig om te horen en dit soort reacties geven me de kracht om ermee door te gaan. Want het is soms moeilijk! Ik moet veel tijd steken in mensen overtuigen, mijn collega-curatoren bijvoorbeeld.

Bij je eerste optreden tijdens Summer Bummer, in trio met Hanne De Backer en Audrey Lauro, was je nog een van de openingsacts. Een paar jaar later was je headliner op beide dagen van het festival met Steve Noble, Thurston Moore en Peter Brötzmann. Wat voor invloed had dit allemaal op jou?

Ik was natuurlijk heel blij dat dit allemaal gebeurde, maar het belangrijkste dat ik me herinner is dat ik een supergoede band had met Thurston en Peter, de muziek was echt prachtig. Maar ook buiten het podium voelde deze band heel goed. Weet je, soms als je jong bent en je speelt met grote namen zijn mensen al opgewonden voordat het concert begint, maar het is iets anders als er muzikaal ook echt iets gebeurt. Soms, als ik eraan terugdenk, kan ik niet echt geloven dat het gebeurd is, want ik heb enorm veel respect voor de muziek van Steve, Thurston en Peter. En trouwens, ik speel deze zomer in duo met Peters zoon Caspar.

Je speelde met hem in Cafe OTO tijdens een herdenkingsfestival voor zijn vader. Op datzelfde evenement speelde je met Heather Leigh in een kwartet met Zoh Amba en Hamid Drake. Op Summer Bummer speel je weer met Heather, maar dit keer als duo. Wat verwacht je daarvan?

Heather is een van die mensen met wie ik bijna meteen een klik had. We waren allebei zo blij om elkaar eindelijk te ontmoeten, want ik wist natuurlijk wie zij was en zij wist wie ik was en we raakten meteen aan de praat. Het concert in Café OTO was echt geweldig met alle muzikanten. Dus ik ben enthousiast over wat er nu gaat gebeuren, want ik heb hier echt een goed gevoel over. Ik heb het gevoel dat Heather het soort muzikant wordt dat in mijn leven zal blijven. Niet dat we elk jaar gaan toeren of zo, maar ik weet zeker dat ze in mijn leven zal blijven omdat we al zo’n goede band en vriendschap hebben.

In september komt er een nieuwe soloplaat van je uit: When It Rains It Pours. Wat kun je er al over vertellen?

De nieuwe opname zal uitkomen op vinyl. De ene kant is twee jaar geleden opgenomen en de andere kant drie maanden geleden, dus er is een groot gat. Meestal als ik iets opneem ben ik zo opgewonden om het uit te brengen omdat ik denk dat het in geïmproviseerde muziek soms allemaal zo snel gaat. Omdat ik met veel verschillende mensen speel, is er altijd nieuwe input en heb ik het gevoel dat ik heel snel verander. Ik wil dus altijd een beeld hebben van het moment. Er zijn een aantal belangrijke veranderingen geweest in mijn leven en het deel dat twee jaar geleden is opgenomen voelt als een beeld of een portret van de periode voor die veranderingen. Het leek me leuk om die twee beelden van mij samen te voegen. Natuurlijk is er nog steeds hetzelfde vocabulaire, maar ik heb het gevoel dat het toch ook anders is.

Als ik speel, komen er veel soortgelijke dingen terug en meestal probeerde ik me ertegen te verzetten, maar ik realiseerde me dat het ook gewoon is wie je bent, dingen die altijd terugkomen. Ik besloot een tijdje geleden om die dingen gewoon te accepteren, het kan een drone zijn of een melodisch patroon. Met dit in gedachten, toen ik aan het toeren was, heb ik mijn album concert voor concert opgebouwd. Het stuk dat The End Of heet is gebaseerd op iets dat ik aanvankelijk op de gitaar componeerde. Het album komt op 6 september uit op Week-End records, een geweldig label uit Keulen.

Je lijkt behoorlijk selectief te zijn in je releases, er zijn niet veel albums van Farida Amadou beschikbaar. Hoe komt dat?

Dat kun je relativeren, want als ik mensen vertel dat ik ooit drie albums in een jaar heb uitgebracht, wordt dat als veel beschouwd. Ik zou zeggen dat ik voorzichtig ben. Niet alles hoeft uitgebracht te worden want ik vind het ook leuk om dingen gewoon voor mezelf op te nemen om te kijken of er iets interessants tussen zit of niet. Soms is het iets dat ik voor mezelf wil houden. Opnames moeten ook goed klinken, het gaat niet alleen om de muziek. Ik wil het publiek de beste kwaliteit geven, zowel op het podium als op de opnames. Het is bijvoorbeeld heel moeilijk om een live-opname goed te laten klinken. Daarom ben ik zo superblij met de live-opname van de concerten met Thurston Moore en Peter Brötzmann. Je kunt veel details horen.

Ik herinner me, toen ik je eerste soloalbum kocht, je me bijna waarschuwde dat de muziek op dat album iets was wat je ondertussen niet meer deed.

(Lacht) Misschien zeg ik dat nog steeds tegen mensen, maar toen ik de cd opnieuw beluisterde was ik verbaasd over hoe goed ik hem vond. Het is eigenlijk zo slecht nog niet!

Je toert nu al een paar jaar internationaal. Wat is je het meest opgevallen in positieve of negatieve zin vergeleken met je ervaringen als performer uit België?

Ik ben veel alleen op pad geweest en heb helaas veel slechte ervaringen met hoe willekeurige mensen op straat je behandelen. Ik ben er wel aan gewend, maar het gebeurt ook wel eens met organisaties of mensen van festivals. Ik gebruik niet graag grote woorden, maar ik zou zeggen dat er soms een verschil in behandeling is, misschien omdat ik zwart ben. Vroeger zei ik er niets van, maar nu zeg ik gewoon nee. Als iemand me behandelt of met me communiceert zonder mijn grenzen te respecteren, dan speel ik niet op hun evenement.

Mensen lijken soms te denken dat je als muzikant alles maar moet accepteren omdat je het geld nodig hebt. In het begin heb ik daar nooit echt over nagedacht, maar het kan echt pijn doen als mensen of organisatoren je dat aandoen. Het is iets wat je in je privéleven niet zou accepteren, dus waarom zou je het als professional wel accepteren? Het is belangrijk om voor jezelf te zorgen, zelfs als dat betekent dat je nee moet zeggen tegen een optreden of een festival. Een positief dat ik zeker wil benoemen hier in België is het artiestenstatuut, wat volgens mij iets is waar we dankbaar voor moeten zijn. Geen werk hoeven doen dat je niet wilt doen en je kunnen concentreren op je muziek is iets heel bijzonders.

Tot slot, waar heb je naar geluisterd of wat heb je gelezen dat je wil delen?

Een singer-songwriter uit Chicago en haar naam is Kara Jackson. Ik ben een grote fan van haar. Ze was aanvankelijk dichteres en begon toen gitaar te spelen. Ze speelt ook banjo. Haar liedjes zijn erg mooi, misschien ook door de combinatie met die poëzie. Haar album heeft een grappige titel: Why Does the Earth Give Us People to Love? Muzikaal is het erg sterk en ook grappig op een sarcastische manier. Ik zag haar vorig jaar in oktober spelen in de Botanique in Brussel, geloof ik. Ik was net een klein meisje, echt helemaal vooraan en keek met grote ogen naar haar. Aan het einde van het concert zei ik gedag en ik trilde (lacht).

Ik heb de laatste tijd veel verschillende dingen gelezen, vooral psychologie en feminisme. Maar ik zou zeggen dat mijn favoriete schrijver nu een Franse schrijver is die Paul B. Preciado heet. Hij is een trans man en schrijft over de huidige situatie van trans personen in de maatschappij. Hij probeert uit te leggen dat we misschien over tien jaar, als we terugkijken, moeite zouden hebben om te begrijpen waarom het zo’n big deal was. Soms is het niet makkelijk om te lezen omdat het erg sullig en filosofisch is.

Vlaanderen Stad Antwerpen DEStudio Het Bos TRIX AB Salon Les Ateliers Claus Rataplan B&B Hotel Antwerpen Centrum VIERNULVIER Kraak De Singer KAAP Miry STUK WPML