HEAD to HEAD
Amalie Dahl
Head to Head is een interviewreeks door Joachim Ceulemans van Sound in Motion, waarin hij praat met artiesten die te zien zijn in de Oorstof-concertreeks, de Visitations-residenties, het Summer Bummer Festival of die een release hebben op het Dropa Disc label. Deze interviews zullen worden gebruikt om de komende evenementen en releases te promoten en wie weet worden ze ooit gebundeld en gedrukt. De Deense
altsaxofoniste Amalie Dahl uit Oslo is een relatief nieuw gezicht op podia in en rond Europa. Vorig jaar maakte ze haar Belgische debuut in de Oorstof-reeks in les ateliers claus in Brussel, waar ze een fantastische set speelde met haar trio-leden Henrik Sandstad Dalen (contrabas) en Jomar Jeppsson Søvik (drums). De live-opname van dat concert is onlangs uitgebracht op Nice Things Records. Kort daarna keerde ze terug voor een solo-optreden in Ancienne Belgique en een kort duo met collega-saxofoniste Ornella Noulet. Begin mei nodigt Sound in Motion/ Oorstof Dahl opnieuw uit voor een 4-daagse concertreeks met haar kwintet Dafnie dat debuteert in België en Nederland met optredens in Rataplan, KAAP, OCCII en Paviljoen Ongehoorde Muziek. Deze concerten zijn onderdeel van de releasetournee (lp/cd) voor het tweede Dafnie album Står op med solen, dat officieel uitkomt op 5 Mei op zowel Aguirre als Sonic Transmissions Records.
Tegenwoordig speel en reis je behoorlijk veel. Ben je momenteel thuis?
Ja, het is een intense periode geweest. Ik was onlangs in Bergen voor ALT, voor een project van Signe Emmeluth met negen altsaxofonisten en daarna ben ik een tijdje in Berlijn geweest en heb daar een paar concerten gespeeld. Vanavond speel ik solo hier in Oslo op het Blow Out festival. Daarna heb ik een paar dagen vrij en ga ik op bezoek bij mijn ouders in Denemarken.
Je bent van Denemarken maar studeerde in Trondheim. Wat was je motivatie om in Noorwegen te gaan studeren?
Voordat ik naar Noorwegen verhuisde, studeerde ik in Zweden aan de Fridhems Folkhögskola, een soort pre-conservatoriumschool. En eigenlijk was dat bedoeld als een tussenjaar, omdat ik daarna natuurwetenschappen wilde gaan studeren. Maar het werden twee jaar op Fridhem en daarna solliciteerde ik bij verschillende conservatoria en kwam ik in Trondheim terecht.
Ik vroeg me af of er een specifieke reden was voor improviserende musici om in Noorwegen te studeren. Signe Emmeluth, die ook Deense is en in Oslo woont, heeft een soortgelijk traject afgelegd.
Ik denk dat dat gewoon toeval is. Hoewel ze eerst ook in Zweden ging studeren (Skurups Folkhögskola). Ik heb het er nog niet echt met haar over gehad. Er zijn parallellen, maar dat komt vast omdat de scholen in Zweden en Jazzlinja aan de NTNU (Noorse Universiteit voor Wetenschap en Technologie) een goede reputatie hebben.
Waarom veranderde je van koers en koos je resoluut voor een muziekstudie?
Opeens zat ik in een soort lus, een dynamiek. Het leek allemaal een groot avontuur. Ik was zo gefascineerd door de muziekcultuur en de concerten in Trondheim. Het is erg leuk om daar muziekstudent te zijn omdat iedereen betrokken is bij de scene en de stad vrij compact is. Dus uiteindelijk nam de muziek het over. Spelen, reizen en nieuwe mensen ontmoeten is allemaal enorm spannend. Er is nog zoveel te ontdekken en ik voel de drang om er mee door te gaan!
Ben je opgegroeid met muziek? Of maakte muziek op de een of andere manier deel uit van je leven toen je klein was?
Min of meer. Mijn vader is chemicus en mijn moeder bioloog en ik groeide op op het platteland met drie broers en zussen. We gingen naar de muziekschool en hoe meer muziek we gingen spelen, hoe meer belang we er in stelden. Mijn ouders begonnen in een koor te zingen en dat repeteerde bij ons thuis. Elke woensdag ging ik slapen terwijl er koormuziek door het huis galmde. Toen ik naar de middelbare school ging, bracht ik elke middag door op de muziekschool, maar ik heb er nooit aan gedacht om professioneel muzikant te worden. Hetzelfde geldt voor mijn broer, die nu organist is en zich bezighoudt met klassieke muziek en folk.
Was er toen al sprake van free jazz of avant-garde muziek in je omgeving? Of wanneer kwam je daarmee in aanraking?
Ik denk dat het begon in Trondheim en misschien werden de eerste kleine stapjes in Zweden gezet, toen ik kennismaakte met de muziek van Carla Bley en Thelonious Monk. Ik herinner me dat ik daar nummers van hen speelde. In Trondheim is het echt begonnen omdat ik dacht :”ik ben hier nu, dus ik moet me richten op wat er in de stad gebeurt en alles leren wat er te leren valt.” Ik merkte al snel dat ik me meer thuis voelde in die vrije ruimte. Als ik er nu aan terugdenk, zijn er veel dingen die nu logisch en evident zijn. Ik herinner me dat ik, voordat ik naar Zweden ging, al van de meest vreemde akkoorden hield en dat mensen me dan vertelden dat dat geen echt akkoord was, haha.
Kun je je specifieke momenten herinneren, misschien concerten of platen, die veel indruk op je hebben gemaakt? Je noemde al Monk en Carla Bley.
Ja, dat is waar. Maar dat was meestal maar een deuntje hier en daar. Ornette Coleman heeft veel voor me veranderd. Zijn muziek heeft een heel open ruimte, maar er zijn nog steeds melodieën. Het is een hele soepele weg naar wat vreemdere muziek. Live concerten bezoeken in Trondheim had ook een grote invloed. Vrije improvisatie live meemaken was essentieel omdat er iets was met de energie en de communicatie. Het is moeilijk om iets specifieks te noemen. Ik heb gewoon een periode gehad waarin ik veel concerten bezocht en alles in me opnam.
Je bent 28 en waarschijnlijk de jongste muzikant die ik al heb geïnterviewd, daarom wilde ik je zeker vragen waar jij en je vrienden je muziek vandaan halen? Waar zoek je die bijvoorbeeld? Ik ben een veertiger, dus ik kom uit een tijdperk waarin radio, tijdschriften, platenzaken enz. heel belangrijk waren.
Ik denk dat we erg beïnvloed zijn door Spotify en de streamingcultuur. Natuurlijk zijn ik en de meeste andere jonge muzikanten die ik ken zich ervan bewust dat dit model niet goed voor ons is. Maar ik hou echt van vinyl en ik ben begonnen met een bescheiden collectie, omdat ik graag op die manier naar muziek luister. Het is een ander soort focus: je moet het omdraaien, je hebt het artwork, enz. Natuurlijk is het ook heel handig om online te luisteren, vooral als je op reis bent.
Je brengt over een paar weken een tweede album uit met je kwintet Dafnie. Ik hoor heel diverse invloeden al vanaf het eerste nummer, waar het klinkt alsof een barok-fanfare oplost in Ornette Coleman-achtig freejazz-gekletter.
Het is interessant om te horen hoe je het beschrijft. Ik schreef de muziek in november en december van 2022, dus het is al een hele tijd geleden. Ik herinner me dat ik wilde dat het album meer een geheel zou worden, en kreeg het idee om het samen te binden met deze drie delen, die ik in het begin koralen noemde – nu Står op med solen I, II en III genoemd. Ik wilde ze als een rode draad, of drie intermezzo’s, als een rustpunt of iets om je aan vast te houden. Dat was het idee in het begin. Toch zijn ze verschillend van elkaar. De eerste had eerder de titel Friction. De tweede Vaccum (die met de windgeluiden), en de derde Explosion – maar de derde is een beetje veranderd in de studio. Eerst hadden we een trombonesolo aan het eind, maar dat voelde niet goed in de studio. Dus nu rondt het het stuk meer af – wat ik leuk vind! De diversiteit is waarschijnlijk het resultaat van alle dingen die ik leuk vind en waarvan ik weet dat de band ze graag speelt. De focus ligt vooral op het vinden van nieuwe vormen voor de muziek, zoals niet de thema-solo-thema formule maar beginnen met een solo en dan zien wat er komt.
De track Weltschmerz, het meer elektronisch klinkende nummer, is een uiting van hoe het is om getuige zijn van alle shit die er tegenwoordig in de wereld gebeurt. Als jongere denk je veel na over de toekomst en klimaatverandering en de invloed van kunstmatige intelligentie bijvoorbeeld. Ik probeerde die angst uit te drukken. Maar het is niet zo dat ik de plaat heb gemaakt met deze diversiteit in gedachten.
Voor sommige muzikanten wordt de muziek beschouwd als een afgesloten hoofdstuk zodra die is opgenomen. Ze gaan verder met iets nieuws. Is dat ook het geval bij Dafnie?
Oh nee. De muziek van het tweede album is erg veranderd sinds we het voor het eerst speelden en is weer veranderd in de studio. Het is organischer geworden en ik wil dat we meer gaan onderzoeken hoe we kunnen improviseren met het gecomponeerde materiaal. Maar ik wil ook een paar nieuwe dingen schrijven voordat de tournee begint. Het plan is dat we elke avond een andere setlist hebben. We spelen misschien ook wel wat materiaal van de eerste plaat.
Vorig jaar nodigden we je uit voor een concert met je trio in Brussel, in een double bill met Arashi. Als ik dat concert vergelijk met de muziek van Dafnie, dan is die laatste duidelijk meer gebaseerd op compositie.
Ja, Dafnie is in zekere zin de op compositie gebaseerde band. Hoewel er ook de band Superspreder is en daar is het aandeel compositie nog groter. Het trio is vrij. Ik heb nog een ander trio met mensen (Ginte Preisaite en Jan Philipp) die ik in Kopenhagen heb ontmoet en dat is ook vrije improvisatie, maar dan meer conceptueel. Mijn solo-optredens zijn volledig vrij. Met het trio dat in Brussel speelde hebben we het erover gehad om composities te doen, maar we zijn uiteindelijk vrij gaan spelen omdat dat is wat we graag doen. De laatste tijd denk ik dat ik misschien alleen nog maar vrije geïmproviseerde muziek zou moeten spelen. Maar er is ook iets met het plannen van muziek zodat je het nog verder kunt drijven. Als je vrij speelt is het moeilijk om andere mensen te vertellen wat ze moeten doen, maar als componist kun je mensen in een bepaalde richting duwen. Je kunt ze vertellen wat je zou willen doen, wat je wilt proberen en waar je heen wilt in de muziek.
De letterlijke vertaling van Står op med solen “opstaan met de zon“. Vind je het leuk om vroeg op te staan?
Ik kan niet zeggen dat ik het leuk vind, nee (lacht). De albumtitel is meer een verwijzing naar ons mensen die het contact met de natuur zijn kwijtgeraakt. We doen veel dingen die slecht zijn voor de planeet, we zijn de verbinding kwijt.
De toestand van de wereld is iets waar je echt bezorgd over lijkt. Een paar maanden voor de release van het album zamelde je op Bandcamp geld in voor Artsen zonder Grenzen met de track We don’t want your stupid war, een directe verwijzing naar de oorlogen in de Oekraïne en Gaza. Is het belangrijk voor je om je stem te gebruiken als artiest en vind je dat mensen dat in het algemeen moeten doen?
Ik kan het gewoon niet helpen. Ik kan de kunst die ik maak niet losmaken van mijn gedachten en mijn angsten. Het is gewoon hoe ik me erover voel. Ik heb geen uitgesproken mening over wat andere mensen zouden moeten doen. Bovendien speel ik ook gewoon wat rare muziek, dus ik weet niet of het de zaak enigszins helpt.
Je creëert bewustzijn, laat mensen weten dat je erom geeft. Je neemt een standpunt in en je doet wat je kunt. Ik vind dat een geweldig iets.
Ik denk dat het laatste deel van wat je zei, gewoon doen wat je kunt, eerlijk is om dat van mensen te verwachten.
Ben je als Deen op de een of andere manier verbonden met de muziekscene in Kopenhagen of Denemarken?
Niet veel, maar ik zou er stiekem wel meer willen doen. Ik ben er dit najaar een tijdje geweest en heb wat mensen ontmoet. Het is vrij moeilijk om daar betaalde optredens te versieren. Er zijn een paar leuke plekken maar niet genoeg en ik heb de indruk dat de gemeenschap niet zo groot is. Het zijn vooral verschillende collectieven die hun ding doen.
Voor de concerten met Dafnie in België en Nederland in mei, verblijf je in Dropa House. De laatste keer dat je hier was, waren de gastenkamers, de muziekstudio en alles nog in aanbouw. Maar over een paar weken zul je waarschijnlijk zien dat het bijna af is.
Ik kijk er echt naar uit! Ook Koen en Christel van Sound in Motion waren erg behulpzaam en aardig, dus ik kan niet wachten om er weer te zijn.
Naar welke muziek heb je de laatste tijd geluisterd?
Vandaag, toen ik het appartement aan het schoonmaken was, luisterde ik naar een Noorse band genaamd Pom Poko. Ze spelen geen free jazz of iets dergelijks, maar ik vind het erg leuk. Ik luisterde ook naar Jonas Cambien’s album Maca Conu, met Signe Emmeluth, Ingebrigt Haker Flaten en Andreas Wildhagen. Geweldig spul!
Hoe zit het met boeken? Lees je vaak?
Nou, ik weet niet of dat iets is om te delen, want ik ben net begonnen aan een boek genaamd How to kill your family van Bella Mackie. Ik ben pas in het eerste deel maar het is erg grappig tot nu toe. Ik zag het net in een boekenwinkel liggen en heb het gekocht. Dat doe ik wel vaker, boeken die aangeraden worden of die me opvallen om een andere reden.
De perfecte manier om nieuwe dingen te ontdekken!